Licht: beeldconstructie en vergroting berekenen
Bijles NaSk VMBO
Hoe vorm je een positieve lens?
Positieve lenzen kunnen een beeld produceren van voorwerpen. Denk bijvoorbeeld aan een diaprojector. Hierbij is de dia het voorwerp, waarvan op een groot scherm een beeld wordt getoond.
Om zelf een beeld te construeren dat een positieve lens maakt, moet je 3 stappen volgen:
Stap 1) Vanuit de top van het voorwerp moet je een lichtstraal tekenen die evenwijdig aan de hoofdas. Nadat de lichtstraal door de lens gebroken wordt, moet deze na de lens door brandpunt F gaan.
Stap 2) Vanuit de top van het voorwerp moet je een lichtstraal tekenen die door het midden van de lens gaat. Teken deze lichtstraal net zo lang door totdat deze de andere lichtstraal snijdt. Het snijpunt van de lichtstralen is de top van het beeld.
Stap 3) Teken het beeld door vanuit het snijpunt van de lichtstralen een lijn te tekenen die loodrecht op de hoofdas staat. Het beeld dat je nu hebt getekend is omgekeerd en reëel.
Hoe reken je de vergroting uit?
Hierin is b de beeldafstand in cm .
v is de voorwerpsafstand in cm.
N is de vergroting en deze heeft geen eenheid.
Je kunt de vergroting ook uitrekenen door de beeldgrootte te delen door de voorwerpgrootte:
Hierin is B dan de beeldgrootte in cm en V de voorwerpgrootte in cm.
Rekenvoorbeeld:
Een dia van 2,8 x 4,2 cm wordt geprojecteerd op een scherm van 135 x 225 cm. Wat is de vergroting?
Antwoord: N = 48
Uitwerking: N = B / V = 135 / 2,8 = 48.
Indien je 225 / 4,2 zou doen, dan kom je op N = 54 uit. Dit is niet de juiste vergroting, want dan zal een deel van de dia niet op het scherm passen.