Le of la?

Bijles Frans HAVO

Wanneer is een woord mannelijk of vrouwelijk?

In het Frans hebben enkelvoudige zelfstandige naamwoorden een geslacht. Hoe weet je nou of een woord mannelijk of vrouwelijk is? Wanneer gebruik je ‘le’ en wanneer gebruik je ‘la’? In principe, moet je het lidwoord bij het woord leren als je woordjes gaat leren bij Frans. Toch zijn er trucjes waarmee je kunt kijken welk geslacht een woord waarschijnlijk heeft. Blijf wel scherp en leer je woordjes goed! De Franse taal kent natuurlijk ook uitzonderingen.

Als een woord mannelijk is gebruik je le (de/het) en un (een). Als een woord vrouwelijk is gebruik je la (de/het) en une (een). We gaan kijken hoe je kunt weten of een woord mannelijk of vrouwelijk is.

De volgende soorten woorden zijn altijd mannelijk:

  • namen van jaargetijden; printemps, hiver
  • namen van maanden; juin, septembre
  • namen van talen; français, allemand
  • namen van bomen; chêne, sapin
  • namen van de dagen van de week; lundi, jeudi
  • namen van landen die niet op -e eindigen; Canada, Japon

Kijk naar de uitgang van een woord

Je kunt het beste naar de uitgangen kijken van woorden om erachter te komen of ze mannelijk of vrouwelijk zijn. De volgende uitgangen horen meestal bij mannelijke woorden.

  • -ment
  • -age
  • -il, -ail, -eil, -ueil
  • -ème, ège
  • -er
  • -i, -at, -et, -ot
  • -eau, -ou
  • -oir
  • -isme
  • -ing
  • -ard

Dikwijls zijn woorden die op medeklinkers eindigen mannelijk. Zelfstandige naamwoorden die een mannelijke betekenis hebben zijn natuurlijk ook mannelijk zoals auteur (schrijver), frère (broer) en stallion (hengst).

Klinker + medeklinker(s) + e

Vaak zijn woorden die op: klinker + medeklinker(s) + e, vrouwelijk (-ine, -esse, -ette, -elle etc.). De volgende uitgangen horen meestal ook bij vrouwelijke woorden.

  • -ade, -ude
  • -sion, -tion, -son
  • -ure
  • -ée
  • -té
  • -ière
  • -euse
  • -ance, -ence
  • klinker gevolgd door -ie

Ook zijn namen van landen die op -e eindigen vrouwelijk… Vive la France! Zelfstandige naamwoorden die een vrouwelijke betekenis hebben zijn natuurlijk ook vrouewlijk zoals maman (mama), sœur (zus) en chienne (teef).

Naast le en la zijn er nog twee lidwoorden: l’ en les. Bij l’ en les maakt het geslacht van het woord niet uit. L’ gebruik je voor een zelfstandig naamwoord dat begint met een klinker of een stomme h zoals bij l’homme (de man) en l’arbre (de boom). Les gebruik je voor woorden in het meervoud. Er zijn woorden die we in het Nederlands in het enkelvoud schrijven maar die in het Frans meervoudig zijn zoals les devoirs (het huiswerk) en les vacances (de vakantie).