Steekproef
Bijles wiskunde A HAVO
Wat is een steekproef?
Bij een steekproef onderzoek je een deel van de populatie. Dit wordt gedaan omdat het onderzoeken van de hele populatie vaak te veel werk is.
Als je bijvoorbeeld wilt onderzoeken hoe laat de meeste mensen in Nederland gaan slapen, kan je een groep mensen die representatief is voor Nederland deze vraag laten beantwoorden.
Dit doe je zodat je deze vraag niet aan alle inwoners van Nederland hoeft te vragen. Een steekproef wordt dan gedaan om een afspiegeling te geven van de hele populatie.
Waarop moet je letten bij een steekproef?
Er zijn wel een aantal dingen waar je op moet letten zodat de steekproef representatief is. Representatief wil zeggen dat de steekproef een goede weergave is van de populatie die je wilt onderzoeken.
– Ten eerste is het belangrijk dat de steekproef groot genoeg is. Een (te) kleine steekproef heeft een te grote kans op fouten, dat wil zeggen dat de uitkomsten minder goed overeenkomen met de werkelijkheid.
– Ook is het belangrijk dat de steekproef aselect is. Dat wil zeggen dat elk element van een populatie evenveel kans heeft om in de steekproef terecht te komen.
Als je in een bejaardentehuis gaat vragen hoe laat de meeste mensen gaan slapen dan is dit niet aselect, omdat bejaarden maar een klein deel van de totale bevolking zijn.
Verder is het handig om te weten dat we te maken hebben met verschillende soorten variabelen:
Kwalitatieve variabelen zijn bijvoorbeeld interviews of observaties. Je krijgt hier antwoorden op een hoe of waarom vraag.
Kwantitatieve variabelen zijn bijvoorbeeld aantallen of tijdsduur. Je krijgt hier getallen als antwoord op de vragen. Met deze getallen kan je rekenen.
Kwantitatieve variablen
Kwantitatieve variabelen kan je weer verdelen in discreet en continu.
Bij discrete variabelen zijn tussenliggende waarden niet mogelijk. Bijvoorbeeld bij een aantal mensen of een aantal auto’s.
Bij continue variabelen zijn tussenliggende waarden wel mogelijk. Bijvoorbeeld bij temperatuur of gewicht.