Heffingskortingen / belasting

Bijles economie VMBO

Welke heffingskortingen zijn er?

Nederlanders betalen over het algemeen best veel belasting. Gelukkig kunnen we hier in veel gevallen nog ‘korting; op krijgen. Voorbeelden van die korting zijn bijvoorbeeld wanneer je werkt of wanneer je gehandicapt bent. Deze kortingen noemen we heffingskortingen.

Voorbeelden van heffingskortingen zijn dus

  • algemene heffingskorting (korting op je belasting, deze krijgt iedereen!)
  • arbeidskorting (als je werkt krijg je nog meer korting, doet de overheid express om mensen te stimuleren om aan het werk te gaan).
  • jonggehandicaptenkorting (als je voor je 18e al gehandicapt wordt/was , krijg je daar de rest van je leven een korting voor).

Hoeveel belasting betaal je nou uiteindelijk?

⇒ Belasting box 1 + belasting box 3 – heffingskortingen = de belasting die je echt moet betalen.

Dus stel je voor je moest uit box 1 €22.000 betalen en uit box 3 €1.500, de heffingskortingen was bijvoorbeeld €2000 dan moet je dus nog €21.500 betalen. (22.000 + 1.500 – 2000 = 21.500)

Zo zie je dus dat je aan de hand van heffingskortingen kan berekenen hoeveel belasting iemand uiteindelijk echt moet betalen.

Waarom betalen we belasting?

  • het profijtbeginsel: je betaalt belasting omdat je ook profijt (voordeel) hebt van goederen en diensten die betaald worden door de overheid. Dus omdat jij belasting betaalt wordt je ook opgehaald door de ambulance als er iets mis met je gaat. Of dat je bijvoorbeeld naar school kan gaan omdat je belasting betaalt.
  • Het draagkrachtbeginsel: Dit is hoe we de belasting heffen, hoe meer geld je in Nederland verdient, hoe meer belasting je moet betalen. De sterkste schouders dragen de zwaarste lasten.
  • Het solidariteitsbeginsel: De sterken helpen de zwakken. De rijkere betalen dus meer dan de zwakkere, de rijkere helpen de zwakkere. Zo betalen de rijken indirect mee bij bijvoorbeeld uitkeringen voor de armere (of mensen die niet kunnen werken).