Begrippenlijst
Bijles economie VWO
Wat zijn de economische begrippen?
Arbeidsproductiviteit | De gemiddelde productie per werknemer per tijdseenheid. |
Asymmetrische informatie | Er is sprake van asymmetrische informatie wanneer de ene partij/persoon meer informatie heeft dan de ander. |
Begrotingstekort | Het begrotingstekort is het bedrag dat de overheid in een bepaalde tijd tekort komt en dus zal moeten lenen. |
Betalingsbereid | De prijs die iemand bereid is om maximaal uit te geven aan een bepaald product. |
BBP | Het BBP is de waarde van de totale productie binnen Nederland, of binnen een ander land haar landsgrenzen. |
Chartaal geld | Chartaal geld is alle munten en bankbiljetten in een land (tastbaar geld). |
Collectieve aanbod | Het collectieve aanbod, of de collectieve aanbodlijn laat de verkoopbereidheid zien van alle producenten. |
Complementaire goederen | Complementaire goederen zijn goederen die elkaar kunnen aanvullen. Bijvoorbeeld: auto en benzine. |
Consumentensurplus | Het bedrag dat consumenten bereid zijn om extra te betalen dan de officiële geldende prijs. |
Evenwichtsprijs | Een evenwichtsprijs is een prijs die tot stand komt door de balans van vraag en aanbod. |
Externe effecten | Externe effecten zijn effecten die onbedoeld een bijwerking zijn van de productie of consumptie van een goed. Externe effecten kunnen de welvaart beïnvloeden (zowel positief als negatief). |
Inflatie | Inflatie is de stijging van het algemeen prijspeil. |
Lorenzcurve | De lorenzcurve geeft de personele inkomensverdeling van een land weer. Hoe krommer de lijn, hoe ongelijker en hoe rechter de lijn hoe eerlijker. |
Nash evenwicht | Er kan alleen sprake zijn van een nash evenwicht wanneer niemand zijn opbrengst kan verbeteren door zelf een andere keuze te maken. |
Nationaal inkomen NNI | Het Nationale Inkomen is de waarde van het totale inkomen dat verdiend is met Nederlandse productiefactoren. |
Nivelleren | Wanneer de inkomensverschillen tussen arm en rijk kleiner worden is er sprake van denivellering. |
Principaal agent probleem | In deze relatie huurt de principaal een agent om werk voor de principaal uit te voeren. Ze hebben allebei een gezamenlijk belang maar ook een eigenbelang. Asymmetrische informatie kan in het voordeel werken van de agent en kan zorgen voor een problematische relatie. |
Producentensurplus | Dit ontstaat wanneer producenten bereid zijn om te produceren voor minder dan de officiële marktprijs. |
Toegevoegde waarde | Toegevoegde waarde is de productiewaarde van de overheid/ of een bedrijf. |
Valutamarkt | De valuta markt is het totaal van vraag en aanbod van valuta’s. |