Liquiditeit

Bijles Bedrijfseconomie VWO

Wat is liquiditeit binnen een organisatie?

De liquiditeit van een onderneming is een welbekend begrip. Het is de mate waarin een organisatie de kortlopende schulden snel kan afbetalen. Stel: je hebt een eigen onderneming en vijf mensen krijgen nog geld van jou. Als je een hoge liquiditeit hebt, dan kan je deze vijf mensen snel afbetalen, als zij het geld snel willen hebben. Heb je een lage liquiditeit, dan heb je wat langer nodig om deze personen af te betalen.

De liquiditeit wordt berekend aan de hand van de volgende liquiditeitskengetallen:

  • Current ratio
  • Quick ratio
  • Werkkapitaal
  • Werkkapitaalratio

Hoe worden deze ratio's berekent?

De current ratio wordt als volgt berekend:

(vlottende activa + liquide middelen) : kort vreemd vermogen

De quick ratio wordt als volgt berekend:

(vlottende activa – voorraden + liquide middelen) : kort vreemd vermogen

Welke gebruik je wanneer?

De quick ratio gebruik je als de liquiditeit voor een korte tijd wordt berekend, als de voorraden zijn verouderd en als je je eigen onderneming met andere ondernemingen vergelijkt.

We gaan samen een voorbeeldopgave maken. Stel, bedrijf A heeft de volgende balans onderdelen opgesteld:

  • Voorraad: €5.000,-
  • Liquide middelen: €1.000,-
  • Kort vreemd vermogen: €4.000,-

 Wat is de current ratio? Dit bereken je als volgt: (€5.000,- + €1.000,-) : €4.000,- = 1,5.

Wat is de quick ratio? Dit bereken je als volgt: €1.000,- : €4,000 = 0,25.

Let op: hoe hoger de current ratio, hoe beter! Dit betekent namelijk dat een organisatie meer voorraad en/of geld heeft dan schulden. Is de current ratio lager dan 1, dan heb je meer schulden dan voorraad en/of geld. Er wordt vaak een ratio van minimaal 1,5 aanbevolen.

Voor de quick ratio geldt dat een ratio boven de 1 als veilig wordt gezien. Een quick ratio kan worden verbeterd door de organisatie door de kortlopende schulden te verlagen, of juist de vlottende activa (behalve de voorraden!) en liquide middelen te verhogen.

Het werkkapitaal

Het werkkapitaal bestaat uit de vlottende activa en de liquide middelen, minus het kort vreemd vermogen. De formule ziet er als volgt uit:

Werkkapitaal = vlottende activa + liquide middelen – kort vreemd vermogen

Het werkkapitaalratio laat zien uit hoeveel het werkkapitaal van het kort vreemd vermogen bestaat. De formule zet er als volgt uit:

Werkkapitaalratio = werkkapitaal : kort vreemd vermogen.