Welvaart en groei

Bijles economie VWO

Waarvoor staan de afkortingen BBP en NBP?

Het BBP staat voor Bruto Binnenlands Product en het BNP staat voor Bruto Nationaal Product. Het BBP geeft de waarde aan van alle goederen en diensten die in een land worden geproduceerd. Het BNP geeft de waarde aan van alle goederen en diensten die door de inwoners (b.v Nederlanders) van een land worden geproduceerd. Als je naar het BNP kijkt van Nederland wordt er ook gekeken naar Nederlanders die in het buitenland werken.

Het BBP geeft dus eigenlijk aan hoeveel er verdient wordt in een land en kan daarom ook als maatstaf gebruikt worden om de welvaart van een land aan te duiden. Nu is het wel ingewikkeld als je landen wilt vergelijken, het BBP van Amerika ligt bijvoorbeeld veel hoger dan Nederland omdat er in Amerika veel meer mensen wonen. Alle Amerikanen verdienen bij elkaar meer dan alle Nederlanders bij elkaar. Om landen eerlijk met elkaar te vergelijken is er de term: ‘BBP per hoofd van de bevolking’. Het BBP per hoofd bereken je als volgt: BBP/ Aantal inwoners. Hiermee kan je uitrekenen wat er gemiddeld per 1 inwoner in het land wordt verdiend.

BBP: iedereen die in Nederland werkt, dus ook buitenlanders die in Nederland werken. (Maar dus niet Nederlanders die in het buitenland werken) BBP focust echt op Nederland.

BNP: Alle Nederlanders. Hier wordt wel gekeken naar Nederlanders die in het buitenland werken maar NIET naar buitenlanders die in Nederland werken.

Welke methodes zijn er om het BBP en NBP te berekenen?

Er zijn verschillende methodes om het BBP en NBP te berekenen. Je hebt de objectieve methode, de subjectieve methode en de bestedingsmethode.

Objectieve methode om BBP te berekenen:

Bij de objectieve methode tel je de totale productie van een land op. Stel je voor het BBP in Nederland is €900 miljard, dat betekent dat er in Nederland voor totaal €600 miljard aan waarde wordt geproduceerd (door kapitaal, arbeid, natuur en winst). Bij de objectieve methode moet je altijd de toegevoegde waarde van een product berekenen. Stel je voor een restaurant koop flessen wijn van €5 bij een wijnboer en verkoopt deze flessen voor €12 in het restaurant. Dan voegt de restauranteigenaar €7 waarde toe aan de wijnfles. Eerst was deze fles wijn €5 waard en nu €12. De totale toegevoegde waarde is dan €7 + €5 = 12, de prijs van een fles wijn dus.

Om het BBP te berekenen tel je alle toegevoegde waardes van alle producten bij elkaar op en de toegevoegde waarde van de overheid. De overheid verkoopt geen producten dus de toegevoegde waarde van de overheid zijn alle ambtenarensalarissen bij elkaar opgeteld.

Dus de objectieve methode van BBP = toegevoegde waarde bedrijven + ambtenarensalarissen.

Subjectieve methode om het BBP te berekenen

Bij de subjectieve methode tel je alle totale inkomens in een land bij elkaar op. Er zijn verschillende manieren waarop mensen geld verdienen: rente, huur, pacht, loon en winst. Bij deze methode tel je dus rente, huur, pacht, loon en winst dat in een jaar wordt verdiend bij elkaar op. Bij deze methode moet je ook de totale inkomens van bedrijven en die van de overheid bij elkaar optellen.

In het voorbeeld van de wijnboer ontvangt de wijnboer €5 per fles. De restauranteigenaar verdient €7 aan deze fles. Het totale inkomen wat wordt verdient met deze fles wijn is €5+ €7 = €12. Bij het berekenen van het BBP tel je op deze manier alle inkomens bij elkaar op.

Bestedingsmethode

Een andere manier om het BBP te berekenen is de bestedingsmethode. Hier tel je alle bestedingen in een land bij elkaar op. Je telt dus bij elkaar op wat er allemaal in een land wordt uitgegeven, dit noem je de economische kringloop. De economische kringloop is een optelsom van: Consumptie ( C ), Investeringen, ( I ), Overheidsbestedingen ( O ), en Export ( E ). Import ( M ) gaat er vanaf, want dat zijn bestedingen die in een ander land worden gedaan. Om dit te berekenen gebruik je de formule C + I + O + E – M.