HC 4: Verlichtingsideeën en de democratische revoluties

Bijles geschiedenis VWO

Welke ideeën ontstonden er tijdens de verlichting (1650 - 1789)?

Het verlicht denken ontstond rond 1650. Door empirisme en rationalisme werden oude inzichten op tafel gegooid en gediscussieerd. In deze fase in de samenleving moest traditie en geloof plaats maken voor verstand en rede. Verlichte denkers streden tegen intolerantie en misbruik van macht door de kerk en staat. De Verlichting wakkerde enorme veranderingen aan over hoe er werd gedacht over de samenleving en het leven. Zo bracht de Verlichting een nieuwe kijk op sociale verhoudingen, politiek, religie en economie. In tegenstelling tot het verleden moest de inrichting van de samenleving gebaseerd zijn op rede, in plaats van erfelijke rechten en plichten of religieuze ideeën. Verlichte denkers publiceerden ideeën over vorsten en burgers, de staat, vrijheid en gelijkheid. Door de ontdekking en de onderzoeken die werden gedaan naar natuurwetten, werden discussies over de invloed van God op het dagelijks leven gestimuleerd. Hierdoor werden er ideeën geformuleerd over de scheiding van kerk en staat en religieuze tolerantie. Omdat mensen begonnen na te denken over de ideale samenleving versterkte het vertrouwen in de verstand van de mens, dit leidde tot optimisme. Tussen verlichte denkers ontstonden verschillende stromingen; van gematigde verlicht denkers tot radicale verlichte denkers. Door deze verschillende stromingen werden de grenzen van de mogelijkheden van het verstand en de rede bediscussieerd. Verlichte denkers waarschuwden voor het gevaar van radicalisme als gevolg van het consequent doorvoeren van het rationalisme.                                                

Tijdens de Verlichting werd de macht van vorstenhuizen op politiek, economisch, militair en religieus gebied versterkt en gecentraliseerd. De legitimatie voor deze toenemende macht vonden de vorstenhuizen in het Droit Divin. De Verlichting leidde tot een verandering in de politieke cultuur. Ideeën werden op verschillende manieren openbaar gemaakt, hierdoor moesten Vorsten ook rekening houden met de publieke opinie van de totale bevolking. Publicatie van verlichtingsideeën werd nauwkeurig in de gaten gehouden en soms verboden. In sommige landen omarmden monarchen verlichte ideeën, zonder het absolutisme los te laten. Het algemeen belang kwam bij deze vorsten steeds meer op de voorgrond te staan.

Welke kenmerkende aspecten horen bij deze historische context?

Kenmerkende aspecten

23) Het streven van vorsten naar absolute macht.

26) Wetenschappelijke revolutie.

27) Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ dat werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen.

28) Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur eigentijdse verlichte vorm te geven (verlicht absolutisme)

Belangrijke voorbeelden

  • Kant over de definitie van Verlichting en de gevaren van het rationalisme, ka: 26,27.
  • Locke en Rousseau over het sociaal contract, ka: 26,27.
  • Spinoza over de invloed van God op het dagelijks leven, ka: 26,27.
  • Voltaire over de vrijheid van denken en de rol van de staat, ka: 27,27,28.