Modellen politieke besluitvorming
Bijles maatschappijleer VWO
Hoe zit de politiek in elkaar? En waar gaat het over?
Kenmerken van politiek
Politiek gaat over:
- structuren en organisaties, gespecialiseerde en gezaghebbende (overheids)instellingen (polity);
- de machtsstrijd om conflicten op te lossen, waardevolle (materiele en immateriële) zaken toe te delen of beslissingen te nemen (politics);
- beleid hoe de samenleving er uit zou moeten zien en welke middelen hiervoor nodig zijn (policy).
Modellen van politieke besluitvorming
Er zijn verschillende politieke besluitvormingsmodellen die het proces van politieke besluitvorming in beeld proberen te brengen. Met deze modellen kan besluitvorming geanalyseerd worden. Elk model benadrukt andere aspecten van besluitvorming.
- Het systeemmodel: nadruk op eisen en steun, kansen en bedreigingen uit de omgeving van het politiek systeem.
Het politieke systeem is het geheel van betrekkingen waardoor opvattingen, verlangens en eisen van individuen, groepen en instellingen in bindende beslissingen worden omgezet. In het politieke systeem opereren behalve het openbaar bestuur onder meer burgers, belangengroepen/pressiegroepen, politieke partijen, de volksvertegenwoordiging, de media, adviesorganen, planbureaus, de departementen/ ambtenaren en de rechterlijke macht.
In het systeemmodel van het politieke proces worden de volgende fasen onderscheiden:
- invoer/input: de eisen/wensen die vanuit de samenleving naar voren worden gebracht en de steun die maatschappelijke groepen geven aan (onderdelen van) het politieke systeem. Het kan hier gaan om nieuwe beleidsmaatregelen en/of veranderingen in het politieke systeem, anderzijds kan het steun zijn voor het bestaande beleid of steun voor het bestaande systeem. Individuen, belangengroepen, politieke partijen, media zijn zogenaamde poortwachters. Deze bepalen welke eisen op de publieke en politieke agenda komen. Steun kan worden onderscheiden in actieve en passieve steun voor het beleid of het functioneren van het systeem in het algemeen. Actief, door te stemmen, lid te zijn van een politieke partij of discussiëren. Passief, door stilzwijgend beleid, wetten en het systeem te accepteren.
- omzetting of conversie. De omzetting van eisen/wensen in overheidsbeleid (conversie) verloopt in de volgende fasen:
- politieke agendavorming, een maatschappelijk probleem wordt door politici als belangrijk gezien en komt op de politieke agenda als:
- de situatie ongewenst is voor een grote groep mensen;
- de negatieve situatie hevige emoties oproept en/of vaak voorkomt;
- die situatie te veranderen is, het probleem gezamenlijk op te lossen lijkt;
- de grote groep mensen met hun wensen langs de poortwachters komen;
- er op de politieke agenda ruimte is als prioriteit
- beleidsvoorbereiding, informatie moet verzameld worden en geanalyseerd, alternatieven moeten bekeken worden, adviezen gehoord en compromissen gesloten. Ambtenaren spelen hier een rol, maar ook adviesorganen, commissies en soms pressiegroepen en lobbyisten.
- beleidsbepaling, de beslissing over het beleid, de maatregel of de wet wordt genomen na bijvoorbeeld debatten in commissies en daarna in de Tweede Kamer.
- uitvoer/output. De uitvoer bestaat uit politieke besluiten en andere maatregelen of handelingen, die het resultaat zijn van de omzetting van eisen/wensen en steun. Besluiten zijn: wetten, algemene maatregelen van bestuur, beschikkingen en Koninklijke besluiten. De uitvoer kan ook bestaan uit maatregelen of handelingen zoals: regelgeving, nota’s, het al of niet afleggen van staatsbezoeken.
- terugkoppeling of feedback: reacties van de samenleving op politieke besluiten. Deze reacties kunnen weer aanleiding zijn voor nieuwe invoer. In deze fase past ook de evaluatie van het beleid.
In elke fase van het systeemmodel kan er invloed zijn van omgevingsfactoren.
- Kenmerken van de samenleving van Nederland
- demografisch: vergrijzing, migratie?
- economisch: crisis, hoogconjunctuur?
- ecologisch: energievoorziening, uitstoot, duurzaamheid?
- cultureel: zijn er grote verschillen tussen groepen, individualisering, cohesie?
- technologisch: is Nederland koploper, welke technologie is beschikbaar voor wie?
- Kenmerken van Nederlandse relaties in de wereld
- Verenigde Naties
- NAVO
- Europese Unie
- Externe internationale betrekkingen
Wat is het barrièremodel?
2. Het barrièremodel: nadruk op macht in besluitvorming, realisatiemacht en hindermacht
Het proces van dit model van politieke besluitvorming wordt ingedeeld in fasen. Of een maatschappelijk probleem aandacht krijgt van politieke partijen en leidt tot overheidsbeleid, hangt af van de uitkomst van strijd tussen mensen en groeperingen met tegengestelde belangen en opvattingen. Verschillen in macht zijn daarop van invloed.
De (belangen-)strijd speelt zich af in verschillende fasen van het proces van politieke besluitvorming, die als barrières/drempels kunnen worden beschouwd. Die strijd gaat om (het passeren van deze drempels):
- (H)erkennen/(h)erkend krijgen van problemen, wensen of behoeften als politieke problemen.
Meest betrokkenen: particulieren, pressiegroepen, politieke partijen, massamedia. Vergelijk de aanvoer fase van het systeemmodel en het proces van agendavorming.
- De afweging van wensen of behoeften/toekennen van een hoge prioriteit aan een politiek probleem.
Meest betrokkenen: politieke partijen, parlement, regering, ambtenaren. Vergelijk conversie fase van het systeemmodel.
- Beslissen over (de noodzaak van) beleidsmatige oplossing van problemen. Betrokkenen: parlement, regering. Vergelijk conversie fase van het systeemmodel.
- Besluiten uitvoeren.
Betrokkenen: ambtenaren, onder verantwoordelijkheid van minister(s).
De rol van pressiegroepen
Zowel pressiegroepen als politieke partijen proberen invloed uit te oefenen op politieke besluitvorming. Een pressiegroep is echter per definitie iets anders dan een politieke partij, omdat pressiegroepen het overheidsbeleid willen beïnvloeden zonder kandidaten te stellen voor verkiezingen. Politieke partijen houden zich bezig met de inrichting van de samenleving als geheel en moeten daarbij verschillende belangen afwegen. Zij proberen via verkiezingen politieke macht te verwerven om hun doelen te bereiken. Pressiegroepen komen op voor deelbelangen en richten zich op één specifiek terrein, bijvoorbeeld veiligheid. Net als politieke partijen vormen pressiegroepen een belangrijke intermediair tussen de burgers en de overheid. Soms vormen pressiegroepen zich om tot politieke partijen, de zogenaamde “single-issue-partijen”.
De rol van de media als actor in de omgeving van het politiek systeem groeit en is aan verandering onderhevig. In betrekkelijk korte tijd heeft een verzuild medialandschap plaatsgemaakt voor een commercieel en concurrerend medialandschap. Berichtgeving over politiek is meer gepersonaliseerd en politici hebben meer dan vroeger te maken met mediahypes. Dat leidt ertoe dat politici steeds actievere mediastrategieën ontwikkelen. Ze proberen thema’s uit het nieuws te ‘framen’ (de dominante probleemdefinitie te bepalen) en te ‘primen’ (eigenaar te worden van een thema). Daarbij wordt tegenwoordig door politici ook veelvuldig gebruik gemaakt van sociale media.